Mijn Visie

Paco Peña 1” De oer-Spaanse Flamenco is net als de oer-Hollandse Nieuwe Haring; je vind het héérlijk of je vind het vréselijk. Daar zit meestal niet veel tussen.”

Het Flamencogitaaronderwijs in Nederland en Spanje.

Met de komst van Paco Peña in 1985 als hoofdvakdocent aan het Rotterdams Conservatorium is er een enorme groei gekomen in het niveau van de flamencogitaar in Nederland. Ik ben indertijd speciaal voor deze opleiding terug naar Nederland gekomen na een studieperiode van vier jaar in Córdoba en heb daarmee aan de wieg gestaan van deze vruchtbare ontwikkeling als student in de eerste lichting van deze nieuwe opleiding. Rotterdam had hiermee een wereldprimeur, want zelfs Spanje had in die tijd nog niet zo’n officieel erkende opleiding, die kwam er pas tien jaar later.

Wat bij flamencogitaar vaak het eerst in het oog (oor) springt is de enorme intensiteit van de manier van spelen. Daarnaast zijn de exotische ritmes en toonsoorten, gepaard met heftige energie en rauwe klankkleur een dérmate betoverende mix dat het iedereen meteen iets doet. Bij de eerste confrontatie worden sommigen zó diep in hun ziel geraakt dat hun leven op slag een nieuwe en onontkoombare richting krijgt. Zo is het mij ook vergaan op die vrijdagavond 14 oktober 1978, ik zag toen voor het eerst een flamencogitarist spelen en ik was helemaal verkocht. Het was alsof een nog ontbrekend stuk van mijzelf aan mij getoond werd en mijn zoektocht was daarmee over: ik had mijn levensvervulling gevonden.

” Goede raad is duur…. Dat is niet omdat goede lessen duur zijn, maar omdat je meestal al heel veel geld kwijt bent aan slechte lessen voordat je eindelijk een goede leraar gevonden hebt.”

Het flamencogitaarspel bestaat voornamelijk uit zeer specifieke speeltechnieken van de rechterhand. In Spanje beperkt het onderwijzen van deze technieken zich voornamelijk tot het platte voor- en nadoen, zonder eigenlijk voldoende te onderkennen hoe lastig deze kunnen zijn voor ons motorisch systeem. Mijn ervaring is dat in Spanje vrijwel niets gedaan wordt aan verdieping van dit onderricht, terwijl veel gitaristen enorm veel moeite hebben om deze complexe technieken goed aan te leren. Getuige het ruime aanbod van videocursussen met als grote overeenkomst: de oppervlakkige benadering van de techniek. Deze beperkt zich tot het benoemen ervan en het op een normaal en langzaam speeltempo voordoen. Er is geen verdere vorm van verdieping, zelfs niet bij cursussen die specifiek over techniek gaan. Wellicht is de reden daarvoor dat de Spanjaarden die verdieping over het algemeen niet nodig hebben. De diepgewortelde en continue aanwezigheid van flamenco in Andalucía, als onderdeel van hun manier van leven zorgt ervoor dat hun kinderen er al mee doordenkt zijn. Bij ons is dat niet zo en dat zet ons op een wezenlijke achterstand ten opzichte van hen. Deze achterstand werkt als een wig en de ontstane kloof blijkt voor Spanjaarden in hun onderricht naar ons moeilijk te overbruggen. Hun manier van lesgeven (die bij Spaanse kinderen voldoende goede resultaten oplevert) schiet duidelijk tekort bij niet-Spaanse volwassenen. Wij hebben dus een speciaal aangepast studieprogramma nodig, een soort “Flamencogitaar voor Dummies”. Dat is vanuit de gemiddelde flamenco-Spanjaard moeilijk te verwezenlijken, tenzij hij leert om het verschil helder te zien tussen zijn eigen muzikale bagage, die voor een groot deel onbewust is, en die van een niet-Spanjaard, waarvan hij geen flauw idee heeft. En dat nog afgezien van zijn didactische kwaliteiten om dit om te zetten in een effectief lessysteem. Eerlijk gezegd zie ik dat nog niet een-twee-drie gebeuren…

Het leek mij effectiever om de oplossing te zoeken vanuit het tegenovergestelde perspectief; na twintig jaar Nederland en vier jaar Spanje was mij duidelijk wat wij, niet-Spanjaarden, missen in onze bagage. Dat inzicht bleek een essentiëel onderdeel bij het samenstellen van een methode met voldoende doortastendheid en heeft geresulteerd in de ontwikkeling van een nieuw en revolutionair lessysteem waarbij het motorisch geheugen ge(her)programmeerd wordt. De student krijgt bij mij eerst verhelderend inzicht in de anatomie van zijn rechterhand en -arm en aan de hand daarvan wordt van elke speeltechniek afzonderlijk de samenhang van de ter zake doende spieren, pezen, botten en gewrichten belicht. Met deze nieuwe kennis worden de benodigde nieuwe spiercombinaties getraind door middel van eenvoudige oefeningen, waarmee we doelgericht het noodzakelijke assortiment aan vaardigheden in ons motorisch geheugen kunnen implementeren. De mate van aanwezigheid hiervan zal een dienovereenkomstig resultaat opleveren. Input = output. De gebruikte speeltechnieken bestaan vaak uit een complexe samenstelling van spiercommando’s en de uiteindelijke beweging wordt in zijn totaliteit volgens een uitgekiend stappenplan geprogrammeerd met als belangrijkste oogmerk de vloeiende motorische synchroniciteit. Daarbij wordt elke volgende stap gebaseerd op de vorige, zodat er een gestroomlijnd en aaneensluitend leerproces ontstaat dat maximaal garant staat voor het succesvolle eindresultaat van de student.

De gebruikte leermethode die ik hiervoor ontwikkeld heb is een synthese van Yoga en N.L.P. (Neuro-Linguïstisch Programmeren). Een werkwijze die verrassend effektief blijkt te zijn voor zowel beginners als gevorderden die hun techniek nog graag willen verbeteren. Bij gitaristen die al heel lang spelen is er vaak sprake van een oude aangeleerde techniek die hun niet brengt / geeft waar ze eigenlijk naar op zoek zijn en waarin ze zó vast zijn komen te zitten dat het als een gevangenis werkt. Met de nieuw verkregen inzichten én een krachtige N.L.P. techniek is het wel degelijk mogelijk om los te komen van de ingesleten gewoontes en dan wordt techniek éindelijk de sleutel naar muzikale vrijheid.

=====================================================